Natuurbeheer als onderdeel van bedrijfsvoering
Net buiten het Friese Wyns ligt het biologische melkveebedrijf van Jan-Eel en Rinske Meindertsma. Ze vertellen enthousiast over hun bedrijf en hoe zij natuurbeheer succesvol integreren in hun bedrijfsvoering via het Particulier Natuurbeheer van de Noardlike Fryske Wâlden. Jan-Eel: “Onze bedrijfsvoering en het natuurbeheer sluiten goed op elkaar aan.”
De familie Meindertsma runt de boerderij in Wyns al 14 jaar. Voordat ze hier terechtkwamen, boerden ze in Raard, maar omdat de percelen daar te ver van de boerderij lagen, besloten ze om zich heen te kijken. Toen dit biologische bedrijf te koop kwam, met het land dicht bij huis, zagen Jan-Eel en Rinske het als een mooie kans en gingen ze de uitdaging aan. De overstap naar biologische bedrijfsvoering en een groot aandeel natuurland was wel een stap, maar inmiddels zeggen ze vol overtuiging: “We willen niet meer anders, het past bij ons.” Dit openstaan voor nieuwe mogelijkheden kenmerkt het stel. Jan-Eel: “Soms moet je niet te bang zijn, maar gewoon doen.”
Op de boerderij houden ze 110 melkkoeien en 55 stuks jongvee. In totaal beheren ze 139 hectare grond. Hiervan is 38 hectare grasland in eigendom en 101 hectare natuurland wordt gepacht van Staatsbosbeheer. Op al dit natuurland rust het beheertype ‘vochtig weidevogelgrasland’. Bepaalde delen mogen pas na 15 juni of zelfs na 1 juli worden gemaaid, er wordt geen mest gebruikt, en het land wordt extensief beweid. Jan-Eel: “We laten ons jongvee veel grazen op het natuurland, en dat komt ook de weidevogels ten goede. Het vee lijkt de vogels aan te trekken. In het voorjaar zien we allerlei soorten voorbij komen, zoals de grutto, veldleeuwerik, tureluur en kievit. In de herfst komen ook trekvogels langs.”
Naast de vogels treffen ze ook veel verschillende planten- en bloemensoorten aan, die op hun beurt weer veel insecten aantrekken. “Die variatie maakt het bijzonder,” zegt Rinske. “We zien hier zelfs zeldzame planten, waar we eigenlijk nog te weinig over weten.”
Ongeveer 60% van het land wordt in erfpacht beheerd voor Staatsbosbeheer, een situatie die al bestond toen de familie Meindertsma de boerderij overnam. Jan-Eel: “In het begin was het even aftasten, maar door de jaren heen hebben we steeds meer vertrouwen gekregen van Staatsbosbeheer. Dat is erg prettig, want daardoor kunnen we flexibeler inspelen op waar de vogels zitten en beter samenwerken in het beheer.”
Het stel werkt ook nauw samen met de lokale Vogelwacht, waar Rinske zelf bestuurder is, en met beheerregisseurs van de Noardlike Fryske Wâlden. “Volgend jaar wordt ons natuurland gemonitord via de Noardlike Fryske Wâlden,” vertelt Rinske. “Ik ben benieuwd naar de resultaten en of het beheertype nog goed aansluit bij de huidige omstandigheden. Het is leuk om daar meer kennis over op te doen.”
Ook de kennisuitwisseling met andere particuliere natuurbeheerders vinden ze waardevol. “Het is leerzaam om bij elkaar in de praktijk te kijken en ervaringen te delen. Volgens Rinske draait het vooral om bewustwording: “Natuurland moet goed beheerd worden, en dat kan uitstekend door boeren uitgevoerd worden.”