Duurzaam boeren: alles wat je wilt weten over mest en energie
Wat doen oerbacteriën in je vergister? Hoe goed is digestaat voor bodem en gewas? Is kunstmestvrij boeren mogelijk? En wat komt er kijken bij de aanschaf van een monovergister? Wil je antwoord op deze én andere vragen, geef je dan op voor de masterclasses ‘Meer uit mest, minder CO2’ die de vereniging Noardlike Fryske Wâlden, Hogeschool Van Hall Larenstein, provincie Fryslân en LTO Projecten organiseren.
De masterclasses krijgen een vliegende start met een startbijeenkomst op de Dairy Campus in Leeuwarden. Hier krijg je vrijblijvend, alle informatie over de vier bijzondere masterclasses die de komende maanden op stapel staan. Kom op woensdag 26 februari vanaf 13:00 – 15:30 uur naar de Dairy Campus, stel je vragen aan de aanwezige experts en geef je op voor de vervolgbijeenkomsten. Hieronder alvast een sneak preview.
De werking van de vergister
Biologie, techniek en digestaat staan centraal tijdens de masterclass die in maart 2020 gehouden wordt op de Dairy Campus in Leeuwarden. Een vergister is eigenlijk goed te vergelijken met de pens van een koe: een anaerobe omgeving vol met bacteriën, toegespitst op het afbreken van organisch materiaal. Hierbij komen CO2 en het energierijke methaan vrij. Tijdens deze workshop gaan we in op de biologie van vergisting: uit welke stappen bestaat het proces en hoe voert de biologie deze uit? De laatste stap, methaanproductie, wordt uitgevoerd door een groep organismen die al miljarden jaren op de aarde voorkomen, de zogenaamde ‘oerbacteriën’. We treffen ze aan op bijzondere plekken en in extreme omstandigheden: geisers, zoute meren, de bodem van de zee en in je vergister!
Businesscase monovergister
In april 2020 gaan we verder met een businesscase voor de aanschaf van een monovergister. Tijdens deze bijeenkomst nemen we een kijkje op een bedrijf met een monovergisting in werking en tijdens de bijeenkomst zal ook de businesscase worden toegelicht. We zullen uit de doeken doen hoe de businesscase eruit ziet en waar bij de planontwikkeling tegenaan gelopen is en hoe daarmee omgegaan is. Met antwoord op verdere vragen als: wat komt er vergunningtechnisch bij kijken? Wat zijn de mogelijke effecten van monovergisting op de bedrijfsemissies zoals ammoniak en methaan? En hoe betrek je de omgeving erbij?
Bodem en bemesting
Door de toenemende belangstelling voor monomestvergisting laaien ook de vragen over de kwaliteit van digestaat als meststof op. Hoe goed is digestaat voor bodem en gewas? In de bijeenkomst gaan we dieper in op de bemestende waarde van digestaat en vergelijken die met drijfmest. We laten de effecten van digestaat op de fysische, chemische en biologische bodemkwaliteit zien en op de kwaliteit van het gras(land). Dat doen we niet alleen op basis van gegevens van derden maar ook op basis van recente eigen (microbiologische) metingen. Naast de theoretische achtergrond bespreken we hoe digestaat in de praktijk goed is in te passen in de bedrijfsvoering en geven we hiervoor handvatten. De bijeenkomst vindt plaats in juni 2020 in Oosterwolde en wordt inhoudelijk verzorgd door Van Hall Larenstein, in samenwerking met Bioclear Earth.
Excursie kunstmestvrij boeren
De laatste masterclass, in juni 2020, staat in het teken van kunstmestvrij boeren. Circulair werken betekent een betere benutting van organische stoffen en hergebruik van mineralen uit mest. Als er circulair gewerkt wordt met regionale nutriënten, is er minder transport van kunstmest van buiten de regio nodig. Dat levert een positieve bijdrage aan het milieu. Een intrigerend scenario, dat uit de doeken wordt gedaan op proefboerderij De Marke (Hengelo Gld).
Samenwerking
Dit project is onderdeel van een samenwerkingsverband tussen Provincie Fryslân, Hogeschool van Hall Larenstein, LTO Projecten en onze vereniging. Het project heeft een looptijd van twee jaren en wordt gefinancierd door het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling.
Meer informatie
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Jelle Pilat, projectleider Noardlike Fryske Wâlden op tel. 06 – 40 38 33 50.
Dit project wordt mede mogelijk gemaakt door het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling: “Europa investeert in zijn platteland”